Ga naar de inhoud van deze pagina.
Beleidsbegroting 2025-2028 Begroting 2025-2028

Trends en ontwikkelingen

Trends en ontwikkelingen

  • Identiteitsfraude is een groot probleem in het hele land. Met ID Burger kan een medewerker controleren of een identiteitsdocument echt is, of het geldig is en of het de kenmerken heeft die het zou moeten hebben.
  • Inwoners, bedrijven en organisaties verwachten meer maatwerk en zullen steeds meer regie nemen over wie hun gegevens mogen inzien.
  • Het vakgebied burgerzaken is al een paar jaar aan het veranderen door de digitalisering en continu wijzigende wet- en regelgeving. Voorlopig zetten de veranderingen nog door. Gemeenten worden uitgedaagd om hun dienstverlening anders in te richten en meer maatwerk te leveren.
  • In 2014 werd de geldigheidsduur van reisdocumenten voor volwassenen verlengd van 5 naar 10 jaar. Na de reisdocumentendip van 2019 tot en met 2023, merkt de organisatie vanaf 2024 de effecten van de nieuwe cyclus die is ontstaan door invoering van de langere geldigheidsduur. Deze piek duurt naar verwachting tot 2029.
  • Minder inkomsten door minder te sluiten huwelijken in 2025 door de geplande verbouwing van het gemeentehuis.
  • De verduurzaming van het gemeentelijk vastgoed en de organisatie. Er is een 0-meting gedaan naar de staat van het onderhoud van het gemeentelijk vastgoed, zodat er een geactualiseerd meerjarig onderhoudsplan kan worden opgesteld.
  • Vanuit wetgeving worden steeds hogere eisen aan veiligheid gesteld. Om hieraan te kunnen voldoen worden steeds meer ICT-diensten uitbesteedt bij derden. Dit brengt hogere kosten met zich mee. Door diensten uit te besteden krijgt leveranciersmanagement een steeds grotere rol.
  • ICT-diensten gaan steeds meer in de Cloud. Dit zorgt voor een verschuiving, en in eerste instantie ook een verhoging, van kosten. De jaarlijkse kosten zullen de aankomende jaren stijgen, terwijl de investeringskosten in eerste instantie nog blijven om alle data naar de Cloud te migreren.
  • Thuiswerken is geen trend meer maar een gegeven. Gegevens worden niet meer alleen in het gemeentehuis geraadpleegd. Investeringen om een veilige flexibele werkplek te faciliteren zijn nodig om te zorgen dat informatie veilig is en blijft.
  • Artifical intelligence heeft een vlucht genomen en het gebruik hiervan zal toenemen. De gemeente kijkt kritisch waar er efficiency behaald kan worden. De verplichting naar de samenleving om veilig met de beschikbare data om te gaan weegt daarbij zwaar.
  • Door de krapte op de arbeidsmarkt blijft werving & behoud van vast personeel prioriteit voor de komende drie jaar. De krapte zal waarschijnlijk voorlopig niet verdwijnen. Oplossing hiervoor is het werk slimmer te organiseren. De vraag te verkleinen door prioriteiten te stellen en mogelijk het serviceniveau te verlagen. Ook regionale samenwerking en het opleiden van medewerkers om een nieuwe of andere functie te vervullen, voorzien in een oplossing. Hiermee zet je in op goed werkgeverschap en anderzijds aantrekkelijker zijn voor de jongeren. Daarnaast zal meer ingezet moeten worden op strategisch personeelsbeleid. Waarmee de focus wordt verlegd van de korte naar de lange termijn.
  • De toenemende digitalisering en het gebruik van online kanalen zorgen voor steeds meer mogelijkheden voor interactie tussen de gemeente en haar inwoners. Het maakt het gemakkelijker voor de gemeente om op een laagdrempelige en snelle manier in gesprek te gaan met haar inwoners. Iets wat bevorderlijk is wanneer het gaat om participatie. Daarnaast wordt het voor inwoners gemakkelijker om snel toegang te krijgen tot informatie. En zij verwacht dit vandaag de dag ook.
  • In het delen van informatie met inwoners gaat kwaliteit boven kwantiteit. We maken steeds meer gebruik van gegevensanalyse om inzichten te verkrijgen in het communicatiebereik, de effectiviteit en het sentiment van berichten. Zo kunnen we investeren in effectieve communicatiestrategieën om bewoners op de juiste manier te informeren, de betrokkenheid te vergroten en de tevredenheid van de gemeenschap te bevorderen.
  • De gemeente streeft naar een nog grotere betrokkenheid van inwoners bij beleidsvorming en besluitvorming. Op dit moment zijn er al meerdere participatieve processen waarbij inwoners actief worden betrokken bij het identificeren van behoeften, het formuleren van oplossingen en het evalueren en creëren van beleid. 2025 staat in het teken van implementatie van een nieuw participatiebeleid, nadat deze officieel is vastgesteld.
  • Naast onderzoek naar of en hoe bestaande vormen van participatie aansluiten bij de behoeften en wensen van nu, worden er stappen gezet voor meer verbinding met inwoners en betere vormen van participatie. En wordt het panel voor en door mensen met een fysieke beperking doorontwikkeld.
  • Er is een groeiende behoefte en erkenning van de noodzaak om diverse groepen te betrekken en te vertegenwoordigen in de communicatie-inspanningen van de gemeente. We blijven investeren op het gebruik van duidelijke en begrijpelijke taal voor iedereen, het bevorderen van toegankelijkheid van informatie voor mensen met beperkingen. Zo kan de gemeente een sterker en veerkrachtiger gemeenschapsgevoel bevorderen.
  • Het betrekken van jongeren bij de democratie komt terug in het initiatief om een Jongerenraad te starten.
  • Aandacht voor de participatieve democratie is essentieel, maar kan en mag de rol van de raad niet uithollen. De representatieve en de participatieve democratie vullen elkaar wederzijds aan; het samenspel is van wezenlijk belang. Daarom moet er ook aandacht zijn en blijven voor versterking van de rol van de raad. Het werk van de raad is moeilijker geworden door de uitbreiding van de intergemeentelijke samenwerking. Door de complexiteit en omvang van de opgaven waarmee de gemeente te maken heeft, vindt besluitvorming vaker plaats in regionaal verband.
  • Taakverzwaring en intergemeentelijke samenwerking – in verschillende, opgavegerichte verbanden – verhouden zich steeds moeizamer met de kaderstellende en controlerende rol van de gemeenteraad. Een belangrijke opgave voor de raad is om goed te bedenken bij welke samenwerkingsverbanden de maatschappelijke belangen het grootst zijn. Met de andere deelnemende raden kan de aandacht verdeeld worden, waarbij door middel van bijvoorbeeld rapporteurs/accounthouders iedereen optimaal geïnformeerd beslissingen kan nemen.