Loonkosten

Het BBV schrijft voor dat de loonkosten naar de diverse taakvelden en producten worden verdeeld. De loonkosten bestaan uit kosten van de vaste kern en kosten van de flexibele schil, voor zover deze kosten toegeschreven kunnen worden aan producten in de programma’s. Denk hierbij aan de kosten van de detachering van medewerkers van Eemfors bij de buitendienst, medewerkers die worden ingehuurd om zo tot flexibele invulling van vacatures te komen. De loonkosten worden verdeeld aan de hand van percentages, waarbij is aangesloten bij de tijdsverantwoording per medewerker per product. Uitzondering hierop zijn leidinggevende functies die, hoewel ook zij deels direct productief zijn (bijvoorbeeld in de rol van projectleider of adviseur) verplicht volledig op overhead geboekt moeten worden.

De primaire begroting is in de najaarsrapportage aangepast. De werkelijke kosten komen € 139.084 (1,30%) hoger uit dan uiteindelijk begroot.

Afwijking programma 1

Uitbreiding van het Oekraïne team zorgt voor extra loonkosten van € 60.000. Ook de stijging van inhuur kosten heeft voor € 86.000 te maken met de opvang. Deze kosten worden gedekt uit de gelden die we voor de opvang krijgen.

Afwijking programma 2

Per saldo geeft programma 2 een voordeel. Er zit hier een verschuiving van inhuur naar loonkosten met name bij de buitendienst.

Afwijking programma 3

Per saldo geeft ook programma 3 een voordeel. Hier is het begrootte bedrag voor inhuur niet volledig nodig geweest .

Afwijking programma 4

Het voordeel op programma 4 komt met name door minder kosten voor integrale handhaving. -€ 44.000.

Afwijking programma 5

Het nadeel op de loonkosten wordt voor € 18.000 veroorzaakt doordat we dit jaar voor het eerst de opbouw van vakantiegeld en eindejaarsuitkering 2024 die in 2025 uitbetaald worden meenemen als overlopende activa. Hierdoor zijn de kosten nu eenmalig “dubbel” zijn. Want in 2024 zijn de opgebouwde saldi van 2023 ook uitbetaald en die waren toen niet “gereserveerd”.  Over het algemeen wijken de salariskosten per werknemer tussen de 2en 3% af t.o.v. de najaarsnota. Vermoedelijk heeft dit te maken met de sociale lasten op de IKB uitkeringen die veelal in december uitgekeerd worden.

Extra Inkomsten en uitgaven personeelskosten.

Er zijn extra opbrengsten uit doorberekening aan het grondbedrijf, inkomsten uit detachering, uitkering vanuit het UWV, dekking uit transitiekosten Oekraïne en de SPUK regelingen GALA, IZA en CDOKE. Verder zijn er extra personeelskosten gemaakt door het verhogen van de voorziening verlofsaldo en het vormen van een voorziening sociaal statuut. De overige personeelskosten zijn voornamelijk kosten voor het de invoering van het HR21 functioneringssysteem.

Per saldo is er extra dekking van € 226.554 t.o.v. begroot waardoor het totaal verschil op de loonkosten € 87.470 voordelig is. In de najaarsnota hebben we € 68.400 van toegevoegd aan de reserve overlopende kredieten. Het restant van € 19.070 is vrijgevallen in het jaarresultaat.