Loonkosten

De BBV schrijft voor dat de loonkosten naar de diverse taakvelden en producten worden verdeeld. De loonkosten bestaan uit kosten van de vaste kern en kosten van de flexibele schil, voor zover deze kosten toegeschreven kunnen worden aan producten in de programma’s. Het gaat hier dus om een grotendeels technische, budgettair neutrale operatie, die wel een flink stel begrotingswijzigingen met zich mee neemt. Het voordeel van deze operatie is dat in de toekomst de gemeenteraad beter in staat is om de loonkosten op specifieke onderdelen te volgen en te controleren. De personeelsbegroting wordt hierdoor inzichtelijker, dit is één van de onderdelen waar het afgelopen jaar hard aan is gewerkt, om deze administratie up-to-date te brengen.

Denk bij de verschuiving aan de kosten van de detachering van medewerkers van Amfors bij de buitendienst, medewerkers bij Coöperatie De Kleine Schans (leerplicht en participatiewet), medewerkers die tijdelijk worden ingehuurd om tot flexibele invulling van vacatures te komen en de Cultuurcoördinator en adviseur Werkgeversdienstverlening. De loonkosten worden verdeeld aan de hand van percentages, waarbij is aangesloten bij de tijdsverantwoording per medewerker per product. Uitzondering hierop zijn leidinggevende functies die, hoewel ook zij deels direct productief zijn (bijvoorbeeld in de rol van projectleider of adviseur) verplicht volledig op overhead geboekt moeten worden.

In totaal is voor 2024 de loonkosten € 8.040.300 beschikbaar. Dit bedrag is als volgt tot stand gekomen: